donderdag 1 december 2016

Geholpen door de reddingsbrigade St Maartenszee.




Als we geankerd hebben voor de deur van het Kurhaus bij Scheveningen, waar we zo enorm van genoten hebben. Eerst de euforie van het op zijn plek blijven liggen in de golven en het kerende tij. Dan het steeds donkerder wordende strand waar alle terrasje veel lichtjes aan hebben. 
Het lijkt de Costa del Sol wel. Costa del Scheveningen dopen we dan ook. Daarna            s’morgens wakker worden op een nog steeds schommelende boot, maar nog steeds op de plek waar we gister het anker hebben uit gegooid. De zon staat al heerlijk te verwarmen en met een dampende kop koffie op de punt is het een geluksmomentje.
 De rond peddelende kano’s die om onze boot heen peddelen maakt de droom compleet. Toch gaan we op weg. Ons streven is  Den Helder. Omdat Martijn bij de onderzeedienst werkzaam is geweest, is dit een soort thuishaven voor hem. Hij kijkt er dan ook enorm naar uit om daar weer eens een kijkje te nemen.  

We hebben alles gecheckt voor we weg gaan, we bereken het tij mee, en de nog in voorraad hebbende diesel. Het moet kunnen. De wind valt tegen maar we moeten toch echt blijven zeilen. We hebben zo’n 60 liter Diesel in de dag tank en dan is het wel op. Nu blijkt dat ons hart van het schip veel vraagt. Heel veel om maar te blijven kloppen. Zo’n 10 a 12 liter per uur. Den helder is nog zeker 8 uur dus moeten we toch echt gaan zeilen. We sturen weer 2 uur op en 2 uur af. In de golven is het best zwaar sturen en op deze manier houden we het een stuk langer uit. We genieten van de zon, het is weer een bikini  dag. Onderweg komen we maar weinig schepen tegen. Als we er één tegen komen, word er uitbundig gezwaaid. Dat is voor mij ook een nieuwe ervaring, normaal is het een vingertje die de lucht in gaat maar nu worden we door 2 mensen hevig toe gezwaaid. Als of we de grote over steek hebben gehaald. Dat gebeurd vandaag zo’n 3 keer.
In het midden van de middag valt de wind wel erg ver terug, en met het kerende tij worden we meer naar de kant op geduwd dan dat we vooruit gaan. 
We moeten dan ook maar gaan motoren om niet te stranden. Ik vind daar niet zo veel aan met al dat gepruttel, maar het is niet anders.  Na 3 uur pruttelen ruik ik wel erg veel diesel lucht. Als ik dat meld gaat Martijn toch maar even kijken. Ik hoor felle woorden die ik maar niet op papier zal zetten, ik begrijp eruit dat het flink mis is daar beneden. Ik weet dan ook dat ik niet moet gaan roepen: Wat is er? Dat krijg ik heus zo wel te horen. Als ik iets moet doen, dan krijg ik dat ook wel in duidelijke taal te horen. Dus stuur ik door in afwachting wat er is gebeurd. Motor UIT. Oké zet snel de motor uit, en rol snel de Genua (groot voor zeil) uit. Er staat amper wind maar stuurloos dobberen is helemaal geen optie. Rol dan ook de Kluivert (kleiner punt zeil voor)maar erbij.  Zo dobber ik maar door zoveel mogelijk van de kust af te varen in afwachting wat er nu eigenlijk mis is. Dan komt Martijn naar boven en kijkt beduusd. Er is een wartel los getrild onder de tank en op 5 á 6 liter diesel na, is alles de bilge ingelopen.
Oke, dat is een domper, we moeten een plan bedenken, want met deze wind komen we niet vooruit enkel maar opzij, omdat het nog steeds opkomend water is. Straks als het tij keert worden we 6 uur lang de zee op geduwd, dat is dus zeker geen optie. We moeten maar dichter naar de kant gaan en het anker uit gooien en hopen op meer wind morgen. We zitten precies tussen IJmuiden en den Helder in dus terug gaan is ook geen optie. Dus dobberen we wat dichter naar de kant om het anker er maar onder te gooien. Als we wat dichterbij komen zien we een auto rijden op het strand van de reddingsbrigade.

Martijn probeert te googelen of hij een telefoonnummer kan vinden.
Met het idee om te vragen of er aan de andere kant van de dijk een benzinestation is. Zo ja gooien we het anker uit, roeien naar de kant en lopen naar het benzine station, halen diesel, terug roeien, de tank te vullen om verder naar Den Helder te gaan. Als we het nummer hebben gevonden en de reddingsbrigade van St,Maartenszee bellen en ons verhaal uitleggen, heeft de reddingsbrigade een heel ander plan. Ze gaan hun boot te water laten, komen naar ons varen nemen onze jerrycans mee en gaan met hun auto diesel voor ons halen. Hoe aardig is dat? De boot word inderdaad in het water gereden en 2 jonge mannen komen onze kant op. We overhandigen de lege jerrycans en ze varen weer terug naar de kant. We zien de auto met onze tanks weg rijden. Na een half uur komt de rubberboot weer terug maar zonder tanks. Het benzine station in het dorp is al dicht. Tja, het is zondag net even na 6 uur. De auto is door gereden naar het volgende dorpje. Wat een service en enorm aardig van deze vrijwilligers. De reddingsbrigade werkt allemaal met vrijwilligers die er voor onze veiligheid op het water zorgen. We maken een praatje met de mannen en horen ook nog eens dat ze eigenlijk al klaar waren met het werk, en dat ze er nog waren omdat ze een barbecue hebben met hun team. Wat een kanjers daar bij de reddingsbrigade. We zijn enorm onder de indruk van deze lieve mensen die in hun vrije tijd ons zo willen helpen. Dan varen ze met de rubberboot naar het andere dorpje om op het strand onze gevulde tanks op te halen en die bij ons aan boord te brengen. Het wisselgeld mogen ze houden, daar kunnen ze ruim 2 kratjes bier voor halen. Bedankt mannen jullie zijn top. 

We vullen de tank en kunnen eindelijk weer op weg. Het is nog een paar uur varen en komen helaas in het pikken donker de haven van Den Helder binnen wat zonder onze open cpn( Navigatie op de laptop) niet was gelukt. Bedankt Robert Campbell van SV Ka Ora voor de kaarten. Er zijn daar zoveel lichtjes en de haven ingang van de jachthaven was haast niet te vinden. Als we binnen varen staan er al lieve mede zeilers klaar om ons binnen te halen. We zijn blij dat we vast liggen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten