Naar Nederland en varen een halve boot over naar Friesland.
Een halve boot overvaren ik hoor jullie al denken? Is dat
ding door midden gezaagd, of half opgeleverd? Nee een boot zonder masten is
voor ons een halve boot. Je kan er niet mee zeilen alleen de hele dag naar een
pruttel geluid van de motor luisteren. 
We hebben inmiddels Frankrijk verlaten.
Onze buurtjes wilde 1 Mei vertrekken en dat was onze enige manier om in Geneve
te komen. In Frankrijk is een echte lock down. Zonder papiertje met wat je gaat
doen kom je nergens. Verkeer kom je echt niet tegen, ook geen koeriers,
vrachtwagens en al helemaal geen personen auto’s. Boodschappen doen, wat onze lieve Belgische
buurtjes voor ons doen want ze hebben een auto, is al een gedoe. Briefje en als
je terug komt, bonnetje laten zien dat je daadwerkelijk boodschappen ben gaan
halen. Max 10 personen in de winkel en wachten tot je een bepaalde rij in mag
lopen. Gelukkig hebben we alle drie nog een vriezer vol liggen maar af en toe
wat verse groentjes is toch fijn. Mijn verjaardag word nog uitbundig gevierd op
het verlaten terras wat normaal afgeladen vol zit met gasten. Nu is het er leeg
en geen stoel of tafel te bekennen. We maken een bbq

van stenen en iedereen
neemt wat mee, er zijn zelfs slingers en ballonnen voor me opgehangen. Er is
taart voor me gemaakt. Ik voel me echt jarig, wat een feest.
1 Mei komt in
zicht we halen ons hele chalet leeg, want deze word niet meer verhuurd volgend
jaar, en zetten alles in het chalet van de buren. We vernieuwen veel van onze
nieuwe aangekochte spullen met hun al veel verouderde spullen. Dus wie komend
seizoen in chalet in de wolken boekt heeft verse kussens en dekens en modern
serviesgoed. De laatste nacht slapen we bij de buren en om 7 uur gaan we
vertrekken, met hun camper. Het is nog even spannend want je mag maar met 2
personen in een auto, maar gewapend met 2 briefjes, en wij achterin de camper
komen we toch in Geneve aan. Het vliegveld is uitgestorven, maar onze vlucht
toch zeker 2/3 vol. In Nederland worden we opgehaald door Martijn zijn jongste
dochter met haar vriend die we nog nooit hadden gezien, maar die we gelijk in
onze harten hebben gesloten. We mogen er 2 nachten slapen en hebben een heel
gezellige tijd. Dan kunnen we bij Martijn zijn broer een huur auto ophalen en
mogen we in Romme zijn huis verblijven zolang we willen. Ik heb een verleden
met Romme Zie blog ( We brengen de boot naar huis Maart 2016) maar het is goed
gekomen gelukkig. Hij werkt in Duitsland en is maar zelden thuis, en we mogen
zijn huis gebruiken, wat we heel erg waarderen. We knappen het wat op en bouwen
een veranda.

Het word meer een thuis en ze willen er weer gaan wonen. Met de
vriendin van Romme ga ik opruimen en zij gaat zich er nu ook meer thuis voelen,
en zo helpen we elkaar. We hebben een super tijd in Renesse en met de buurtjes
hebben we leuk contact. Dan komt Martijn zijn broer met een voorstel of we een
motor bootje willen overvaren van Hellevoetsluis naar Friesland. We zijn er
beide niet zo happig op, het halve bootje (klompje) heeft al een tijd niet
gevaren en de hele dag pruttelen zijn we ook niet zo van. Maar de deal dat we
geen huur kosten van de auto hoeven te betalen en Martijn zijn lievelingsauto
klaar staat om mee terug te rijden haalt ons om. Er is niets aan boord dus
verzamelen we, borden, bestek, potten en pannen, slaapspullen, en halen we eten
en drinken. We gaan een dag eerder om alles te bekijken en uit te proberen.
Johan, die zelfde als met, we varen de boot over, maakt nog even wat dingen aan
de motor en het zou goed moeten zijn om morgen te vertrekken. Dat doen we dan
ook met het idee dat we in drie dagen er zijn. We varen de haven uit het
haringvliet op richting het spui. Net voor de ingang van het spui gaat er een
alarm af we schikken ons lam want het is een immens alarm geluid. Het geluk is
aan onze zijde, de mooring boeien zijn net weer neer gelegd en de allereerste
die is neer gelegd is net 100 meter bij ons vandaan. We knopen vast en het
blijkt een losse koelwaterleiding te zijn. We hebben totaal geen gereedschap
aan boord alleen een leatherman die we hebben meegenomen uit het laatje van
Romme zijn huis. Met wat gepriegel lukt het te repareren. We kunnen weer
verder, het spui op. Ik wil een lunch gaan maken, en als ik beneden ben en in
de keuken sta, krijg ik natte voeten. Komt dat door die slang die los zat? Na
wat speurwerk trek ik de vloerbedekking weg en zie steeds water naar boven
komen. Ik krijg het benauwd, water wat van onder komt voorspeld weinig goeds.
Met een vork krijg ik het plankje los en zie dat de bilge vol zit met water.
Het gutst zo de boot in. Door het geronk van de motor kan Martijn me niet
verstaan, en schreeuw de boot loopt vol. We kunnen nergens nog aanleggen, en
begin maar te hozen met een beker in een pannetje van een liter.

Steeds naar
buiten om het pannetje te legen en weer opnieuw. Martijn kan me niet helpen,
als hij het roer los laat gaan we gelijk de andere kant op.
Na pannetje 49 ben ik gestopt met tellen, in
middels hebben we oud beierland gehaald en een steiger gevonden om aan te
meren. Martijn heeft Floris gebeld en die komt eraan om een pompje te brengen.
Ik ben gestopt met hozen, alle vloerbekleding is nat en die gooien we naar
buiten om te drogen, dit was nu precies waarom we het eigenlijk niet wilde
doen. Maar goed als we ergens voor gaan doen we het ook, en maken het af.
Problemen kennen we niet wel uitdagingen en dat is het. Het pompje word
gebracht en houden het aan boord. Gelukkig maar want onze verdere reis blijkt
dat we elke 2 uur moeten pompen. Ergens vast knopen draden vast maken voor de
stroom om het pompje weer aan te zetten. Helemaal leeg gaat de bilge niet en
moet ik steeds buiten om de boot schuin trekken om er zoveel mogelijk water uit
te pompen. Zo word het een lange reis. Elke 2 uur word elk uur pompen en omdat
we niet altijd een aanleg plek hebben is het tijdens het varen pompen maar dan
gaat er niet veel uit. De vloerbedekking leggen we al niet meer terug en het
gat naar de bilge blijft open. Inmiddels hebben we de slang in het toilet
gehangen en is het leeg pompen door het toilet. De boot verslind ook veel
diesel, en moeten we veel bijvullen. We pruttelen maar door, door kanalen,
sluizen, bruggen. Hoeveel, ik ben de tel kwijt. Vast knopen wachten tot de brug
open gaat, pompen en weer los gooien. We bereiken Amsterdam en daar worden we gek. We
zijn inmiddels allang de dagen kwijt en het blijkt weekend te zijn. Wat een
chaos daar. Iedereen vaart met bootjes door elkaar en met elkaar. Sale Amsterdam
lijkt het wel.

Hoezo Corona. Huur sloepjes, motor bootjes, dinghy’s, het is een
wespen nest. Iedereen doet maar wat, ze varen naast je en bedenken ineens dat
ze voor je langs willen, hoe vaak we niet in ons achteruit moeten om een
aanvaring te voorkomen. Het zweet breekt ons zo vaak uit en niet omdat het zo’n
mooie zomer dag is. Wat een gekke huis. Onze diesel is weer op, pff vind maar
eens een plek om aftemeren in deze chaos. We vinden een plek aan een Ponton
voor een veerdienst en hopen maar dat er even geen pond moet afmeren. Martijn
gaat met een ubertaxi naar het tank station en ik hou de wacht. Ik word
compleet nerveus als ik al die bootjes blijf volgen die voorbij komen. Ik heb
er nog nooit zoveel langs elkaar heen zien varen. Dat er hier niets gebeurd is
me een raadsel. In alle chaos vergeet ik foto's te maken want het is echt oppassen de gehele tijd. Als we weer vol zitten met brandstof weten we niet hoe snel we
uit deze chaos weg moeten komen
Direct na Amsterdam zien we een haven en
leggen aan. De volgende dag maar verder. Als we bij Lelystad zijn vinden we een
haven waar we kunnen tanken en als we weer weg varen is het overdrukventiel
kapot en stroomt er nog meer water naar binnen. Na goedkeuring van Floris
vervangen we de het ventiel en hopen dat het water nu ophoud. Inmiddels
bereiken we het IJsselmeer, waar ik absoluut niet overheen wil. Maar Martijn
vind het wel een goed idee omdat het korter is. Het bootje is ook niet stuur
vast en het is echt flink sturen om de klomp op koers te houden, drie slagen
links en gelijk weer rechts. Ik zie de haven van Urk naast ons liggen, en
probeer Martijn over te halen de haven in te gaan. Ik zie hem worstelen met het
roer en het zweet loopt over zijn hoofd. Nog drie uur zo varen het is niet te
doen, we schommelen zo hevig heen en weer dat het ondragelijk word, het sturen
is niet te doen. Hij staat als een malle alle kanten op te sturen om op koers
te blijven. Nee hoor het gaat prima zegt ie. Nu word ik boos! NEE het gaat niet
prima, zeker niet voor nog 2 uur. De golven nemen toe en als ik de lucht zie
gaat het erger worden. Hoezo erger, zegt Martijn. De weer app. zegt dat het
goed weer blijft. A.U.B. gooi die app. over boord en kijk naar de lucht, die
zegt meer dan een app. Ik heb geleerd naar de wolken te kijken die zeggen alles
over het weer. Uiteindelijk als zijn schouders en rug niet meer willen is hij
bereid toch de haven in te duiken.

Het heeft even wat tijd gekost maar hij is
om. We liggen veilig vast in een haven, onze 2e na 4 dagen varen. We hebben
steeds gratis ligplekjes gevonden en nu dan in een haven. De mensen zijn er
allervriendelijks en de haven meester kan ons vertellen als we de urkersluis
nemen we binnen door ook in Friesland uitkomen. We lopen door het dorpje eten
een hapje bij het enige geopende restaurantje en gaan gerust slapen aan boord.
De volgende dag zegt Martijn we nemen gewoon het IJsselmeer, het ziet er rustig
uit. Daar ben ik niet zeker van en als ik een grote motorboot naar buiten zie
varen wil ik dat weleens bekijken hoe hij dat op het water buiten de monding
doet. Hij is nog maar net buiten de oevers en gaat als een malle heen en weer.
Ik roep Martijn en ik laat hem het dansende bootje ook aanschouwen. Gelukkig
hij is ook om en geeft toe dat we binnendoor gaan.

We gaan door de Urkersluis
met een verval van 5,5 meter naar beneden. We pruttelen maar door, en elk uur
hozen, er zijn zoveel bruggen dat we daar voldoende tijd voor hebben. De laatste 2 uur varen is het eindelijk een beetje rustig varen, maarja nu zijn we erbijna.
Uiteindelijk
komen we na 7 dagen aan in Friesland en knopen vast in de haven van bestemming,
we zijn moe en het gepruttel zat. We ruimen de boot leeg, en maken hem schoon,
en worden de volgende dag opgehaald door degene die het bootje heeft ingeruild
met Martijn zijn lievelingsauto. 
We worden vriendelijk ontvangen en getrakteerd
op friet en frikadellen. We moeten nog even wachten op het overschrijven van
het kenteken en dan kan Martijn dan eindelijk in de Porsche 911 stappen en naar
Hellevoetsluis rijden. Het heeft ons 7 dagen gekost naar Friesland te varen en
in 3 uur zijn we terug in Hellevoetsluis. Omdat onze vluchten maar niet willen
lukken om naar huis te gaan, besluiten we om een bus te kopen en naar Griekenland te
rijden.
Bestellen van alles om mee te nemen en willen vrijdag vetrekken, maar
daar denken de buurtjes die we na die weken in onze harten hebben gesloten heel
anders over, er moet nog een afscheidsfeest komen, en hoe!